Onthulling van de struikelstenen, foto Donald Noorhoff

Levensverhalen
Frans Halslaan 2

hier woonden;

Günther Hoffmann, geboren 26-04-1907 - vermoord 31-03-1944 Midden Europa

 Gertrud Sidonie Hoffmann-Blum, geboren 30-01-1914, vermoord 03-09-1942 Auschwitz

Margarete Hoffmann-Pfeffer, geboren 01-02-1879, overleden 4-4-1943 Kamp Westerbork


Günther Hoffmann is op 23 april 1907 geboren in Breslau (Wroclaw in het huidige Polen) als zoon van Jacob Hoffman en Margarete Pfeffer. In de archieven duikt Günther voor het eerst op in Berlijn, als hij in 1935 vanuit Keulen daarnaartoe verhuisd. Günther komt met zijn moeder Margarete Hoffmann-Pfeffer op 12-05-1937 van Berlijn naar Rotterdam en zij gaan eerst op de Beatrijsstraat 30a wonen, daarna het G.W. Burgerplein 13 en vervolgens aan de Navanderstraat 6.  ( de levensloop van vader Jacob Hoffmann hebben we niet kunnen achterhalen, zou zijn moeder Margarete Hoffmann-Pfeffer weduwe zijn ?) Günther was koopman en procuratiehouder van Kaufmann’s ijzerhandel, wat betekent dat hij gemachtigd was namens het bedrijf op te treden en beslissingen te nemen.

 Gertrud Sidonie Blum is geboren op 30 januari 1914 in Mainz als dochter van Sally Blum en Flora Levi. Haar vader heeft in 1938 een poging gedaan naar Nederland te vluchten, maar is op 10 februari 1938 gearresteerd en opgesloten in de gevangenis in Borken en naar verluidt heeft hij daar zelfmoord gepleegd. Haar oom Julius Levi, koopman in granen, woonde sinds al 1920 in Rotterdam en had de Nederlandse nationaliteit, net als zijn vrouw en twee zoons die in Rotterdam geboren zijn. In 1932 verhuist dit gezin naar de Lambertweg 12. Op 23 april 1936 komt nichtje Gertrud Blum bij hen in Rotterdam wonen.

Het lijkt er op dat Günther Hoffmann en Gertrud Blum elkaar in Rotterdam hebben leren kennen, zij trouwen daar op 23 maart 1939. In oktober 1940 worden zij samen met zijn moeder Margarete Hoffmann-Pfeffer, vanuit Rotterdam ingeschreven in Bilthoven, Frans Halslaan 2. Waarom zij naar Bilthoven komen is niet duidelijk, dat kan te maken hebben met de gevolgen van het bombardement maar waarschijnlijk werden zij gedwongen Rotterdam te verlaten.

De namen van Günther, Gertrud en Margarete Hoffmann staan op de lijst van in gemeente De Bilt woonachtige Joden die de burgemeester in 1941 en 1942 moet overleggen aan de Duitse bezetter. Op 19 augustus 1942 zijn Günther en Gertrud aangekomen in Westerbork. Dat doet vermoeden dat zij vanuit Bilthoven rechtstreeks naar kamp Westerbork zijn gebracht. Zij arriveren daar op dezelfde dag als een ander jong stel uit De Bilt: Walther en Alice Jeidel- Rothschild. Lang zijn ze niet in Westerbork gebleven: op 31 augustus 1942 gaan zij met de trein richting Auschwitz, samen met 542 andere gedeporteerden, waaronder 107 kinderen. Dit transport was het tweede van de zogenaamde Cosel-transporten. De trein stopt op 2 september in Cosel in het huidige Polen, zo'n duizend kilometer van het Drentse Westerbork en ongeveer 80 kilometer van Auschwitz. Daar worden alle mannen tussen de 15 en 55 uit de trein gehaald. Ooggetuigen verhalen van afschuwelijke taferelen waarbij Joodse mannen met geweld en onder bedreiging met honden uit de trein worden gehaald en op de grond moeten liggen. Günther zal daarbij zijn geweest. Hij moet uit de trein bij Cosel, en Gertrude gaat verder richting Auschwitz. Daar is zij direct bij aankomst op 3 september door de nazi’s vermoord, 28 jaar oud.

Günther komt terecht in een van de 177 werkkampen van de zogenaamde Organisation Schmelt in de omgeving. Hier werden Joodse mannen gedwongen te werken aan de aanleg van autowegen en spoorwegen of tewerkgesteld in een van de wapenfabrieken. De omstandigheden waren verschrikkelijk en veel mannen kwamen om door de ontberingen. Gunther sterft hier na zeven maanden op 31 maart 1943, 36 jaar oud

Margarete ook wel Gretel genoemd, Pfeffer is geboren op 1 februari 1879 in Kobylin, Polen als dochter van Leib Pfeffer en Wanda Kochlöffel. Ze had een zus Josephine (1870) en broer Salomon (1872), beide geboren in Kobylin in Polen.  Ze was getrouwd met Jacob Hoffmann en zij hadden tenminste twee zoons: Werner en Günther.

Zij komt in 1940 samen met haar zoon en schoondochter naar Bilthoven. In augustus 1942 worden haar zoon en schoondochter vanuit Bilthoven naar Kamp Westerbork gebracht en al kort daarna naar Auschwitz. Daar zal zij allemaal geen weet van hebben gehad, zij moet in september 1942 verhuizen naar de Plantage Muidergracht 17 in Amsterdam. Op 16 januari 1943 wordt ze ingeschreven in kamp Vught, ook wel Konzentrationslager Herzogenbusch genoemd en op 29 januari 1943 is zij overgebracht naar Kamp Westerbork. Vanaf 31 januari 1943 is Margarete in onderhandeling om op de Putkammerlijst te komen. Op haar indexkaart van Westerbork staan verschillende momenten waarbij documenten, akten, correspondentie en andere stukken worden uitgewisseld. Hierbij is een mr. Pfeffer betrokken. Hoogstwaarschijnlijk is dit mr. Karl Heinz Pfeffer, advocaat en de zoon van Margaretes broer Salomon. De Puttkammerlijst was opgesteld door Erich August Puttkammer, een medewerker van de Rotterdamse Bankvereniging die Joden de mogelijkheid bood om tegen betaling van een grote som geld (of goud, juwelen, diamanten, schilderijen) een vrijstelling voor deportatie te bemachtigen. Puttkammer had het vertrouwen van de nazi’s, die op deze manier aan verborgen joods kapitaal wilden komen. De beloofde bescherming bleek ongegrond. Vrijwel iedereen met een Puttkammer-Sperre is alsnog op transport gesteld. Voor Margerete is het zover niet gekomen, zij overlijdt op 4 april 1943 in kamp Westerbork, 64 jaar oud. De dag erna is zij gecremeerd. De urn met haar as is verzonden naar Amsterdam, naar de familie Pfeffer-van Leeuwen aan de Oude Schans 90 in Amsterdam en bijgezet op de Joodse begraafplaats in Diemen op veld U, rij 3, graf r. 11.

Nabestaanden

Zoon en broer Werner Hoffmann heeft de Tweede Wereldoorlog overleefd en is gevestigd in Buenos Aires in Argentinië. Van hieruit heeft hij een testimonial over zijn broer Gunther ingevuld voor Yad Vashem. Het is niet bekend hoe het nu met hem gaat.

Voor Gertrud Sidonie Blum ligt evenals voor haar vader Sally Blum, een struikelsteen in Bodenheim , Duitsland.

 Adresboek Bilthoven 1940 : hoofdbewoner is J. Graansman, portier Den en Rust

ALIJ

De struikelstenen, onthuld op 27 april 2025

foto: Donald Noorhoff